 
                  Volgens  de kabbalisten bestond er vóór de schepping, het Ein Sof, letterlijk vertaald  "Zonder Eind", of het ultieme niets dat onafhankelijk is van tijd en ruimte.  Het wordt ook wel de onkenbare, oneindige God genoemd. Dit was de toestand,  vóór de big-bang. Het oneindige licht trok zich terug uit één enkel punt, het  samengebalde punt waarin de compacte staat van de oermaterie was  samengepakt.  Hieruit ontstond de big  bang. 
                     De  16de eeuwse kabbalist Itschak Luria (hoofdpersonage uit De  Kabbalist) heeft in detail en uitgebreid beschreven hoe dit proces heeft  plaatsgevonden, afgeleid uit de kabbalistische interpretatie van het Genesis  verhaal. 
                     Zie ook: Kabbala. De Kabbalist.
 
                  De  Elementen is een rekenkundig en meetkundig werk uit 13 delen van de Griekse  wiskundige Euclides uit de 3de eeuw voor Christus. 
                     Toen  Newton op de kermis van Stourbridge in 1663 een boek over astrologie had  gekocht, slaagde hij er niet in een horoscooptekening te maken. Daarom kocht  hij het boek van Euclides en zocht in de index de theorie die hij nodig had op,  om de tekening te kunnen maken. Hij was verbluft door de eenvoud ervan. Hij  noemde het een "onbeduidend boekje".   Later miste Newton de basis die hij uit Euclides kon leren, toen hij  Descartes ging bestuderen. Hij worstelde zich pagina na pagina door Descartes  tot hij het snapte. 
                     In  april 1664 moest hij bij zijn leraar Barrows examen doen over Euclides op de  universiteit. Gezien zijn geringe kennis, kwam Newton slechts met de hakken  over de sloot. 
                     Humphrey  Newton, de jonge assistent van Newton, verklaarde dat hij Newton slechts één  maal heeft zien lachen. Het was toen er een vriend langskwam aan wie Newton een  boek van Euclides had geleend. Newton vroeg: "En wat heb je eruit geleerd, en  hoe vond je het boek?". De vriend antwoordde met een tegenvraag: "Welk nut of  voordeel zou dit boek ooit voor mij kunnen hebben?" Dit ontlokte Newton een  lach…
                     Bron: Never at Rest, door auteur  Westfall. 
Een  ellips is een twee dimensionale figuur die de meetkundige plaats is van alle  punten waarvoor de som van de afstanden tot twee gekozen punten een vaste  waarde heeft. 
                      Nadat  Newton terugkeerde van Woolshtorpe (na de dood van zijn moeder), ontving hij in  Cambridge een brief van Robert Hooke. Het was een beleefde vriend namens het  Koninklijk Genootschap waarin Hooke hem vroeg of hij nog nieuwe ontdekkingen  had gedaan die Newton wilde delen. Newton hield de boot af en antwoordde dat  hij alleen met aardse zaken bezig was. Om Hooke "zoet te houden" voegde hij er  een onbelangrijk berekeningentje bij over de dagelijkse rotatie van de aarde om  zijn as.
 Nadat  Newton terugkeerde van Woolshtorpe (na de dood van zijn moeder), ontving hij in  Cambridge een brief van Robert Hooke. Het was een beleefde vriend namens het  Koninklijk Genootschap waarin Hooke hem vroeg of hij nog nieuwe ontdekkingen  had gedaan die Newton wilde delen. Newton hield de boot af en antwoordde dat  hij alleen met aardse zaken bezig was. Om Hooke "zoet te houden" voegde hij er  een onbelangrijk berekeningentje bij over de dagelijkse rotatie van de aarde om  zijn as. 
                     Het  was het antwoord op   een raadsel dat natuurfilosofen al lang bezig hield: als men  een voorwerp van een toren liet vallen zou dan, doordat de aarde ondertussen  verder draait, het ten westen neerkomen? Newton’s antwoord was dat als men de  luchtweerstand negeerde het voorwerp ten oosten zou vallen in een  spiraalvormige val. 
                     Hooke  zag meteen dat Newton’s redenering alleen maar zou kloppen als de toren op de  evenaar zou staan, maar in Londen zou het voorwerp naar het zuiden vallen. Maar  belangrijker nog; hij stelde dat het voorwerp geen spiraalvormige val zou  maken, maar een ellipsvormige. 
                     Hooke  las de vertrouwelijke brief voor op de volgende vergadering van het Koninklijke  Genootschap en verklaarde dat Newton het fout zag. Toch antwoordde Newton in  een beleefde brief waarin hij erbij bleef dat de val spiraalvormig zal zijn. 
                     Toen  Hooke hem opnieuw aanviel, zowel in brieven, als tijdens vergaderingen van het  Koninklijk Genootschap, weigerde Newton nog langer te antwoorden. Hij was  woest. 
                     Zijn  verbluffende antwoord was uiteindelijk de Principia. Alleen… kwam hij erachter  dat Hooke gelijk had aangaande de ellipsvormige val. Maar Newton bewees het  wiskundig, terwijl het voor Hooke niet meer dan een gelukkige gok was. Om zijn  theorie aanschouwelijk te maken, gebruikte hij het beroemde voorbeeld van een  kanonbal die vanop een berg wordt afgevuurd. Newton zou Hooke deze episode  nooit vergeven. 
                     Zie ook: Hooke, Robert. Principia.
 
                  Ezechiël  is een priester, de zoon van Buzi, wat wil zeggen "God die kracht geeft". 
                     Het  is ook de naam van een bijbelboek geschreven voor de Israëlieten die in  ballingschap waren. Het boek werd geschreven tussen 593 en 571 voor Christus.
                     Het  beschrijft hoe de Israëlieten God kunnen dienen in een vreemd land.  Zo konden ze lid worden van de Babylonische  maatschappij met behoud van hun eigen religie en waarde. Daardoor verminderde  de behoefte om terug te keren naar hun land. 
                     Ezechiël  beschrijft het visioen waarin God aan hem verschijnt in een koets met vier  levende wezens die ieder vier koppen hebben en kalfsvoeten. Ook geeft hij, in  de hoofdstukken 40 tot 48, een gedetailleerde beschrijven van de Tempel van  Salomo. Deze aanwijzingen heeft Newton jarenlang bestudeerd en in een tekening  verwerkt.
                     Zie ook: Tempel van Salomon.  Chronologie.